< Alle onderwerpen
Afdrukken

Stress: goed of slecht?

Stress –het is als die oude vriend die je soms knuffelt en soms slaat. Stress is overal en het is een onvermijdelijk onderdeel van ons dagelijks leven. Hoe ziet stress eruit als het niet een schurk is, maar, in de juiste dosis, je beste bondgenoot kan zijn? Hoe voorkom je dat stress een tikkende tijdbom wordt dat je niet onder controle hebt? In dit artikel duiken we dieper in de wereld van stress, hoe het ons kan motiveren of overweldigen en hoe je kan zorgen voor een gezonde balans. 

Stress in de moderne wereld

Stress is als een ingebouwde alarmbel die ons aanspoort om in actie te komen. Het is onze natuurlijke ‘vecht- of vlucht’-reactie die ons levensreddende energie en alertheid geeft. Dat is uiteraard erg handig. Denk aan je instinctieve reactie om terug te stappen van het zebrapad als een auto met hoge snelheid nadert. Stress is ons oeroude overlevingsmechanisme dat nog altijd van pas komt.

Echter, ons stresssysteem treedt niet alleen in werking treedt bij levensbedreigende situaties. Het begint ook te zoemen bij hedendaagse zaken zoals een deadline, een conflict op het werk of thuis, een reorganisatie, de sluiting van de school van onze kinderen en zelfs die ene tinder-afspraak. Deze situaties vormen geen direct gevaar voor ons leven, maar ze kunnen wel gevoelens van afwijzing en sociale uitsluiting opwekken – iets dat in vervlogen tijden levensbedreigend was. Als je daarbij bedenkt dat we ten opzichte van vroegere tijden in een hogere versnelling leven, meer informatie binnen krijgen via (sociale) media en meer en grotere en lossere netwerken hebben, dan is het niet gek dat ons stresssysteem dagelijks ongelooflijk veel signalen binnenkrijgt die kunnen worden opgepikt als ‘dreiging’.

 

De energiedans van stress

Maar wat is stress eigenlijk? Stress is in feite niets anders dan het vrijmaken van energie die we nodig hebben om uitdagende of bedreigende situaties aan te pakken, zowel mentaal, fysiek als emotioneel en om ons in veiligheid te brengen en ons daarna ook weer veilig te kunnen voelen. Daarnaast hebben we die energie nodig voor de dagelijkse gang van zaken, zoals opstaan, naar school of werk gaan, eten en nog veel meer. In de kern is stress dus een activator, een trouwe metgezel in ons leven.

 

Het zenuwstelsel als regisseur

Hoe werkt dat systeem van stress, energie en actie? In ons lichaam wordt onze stress- en rustbalans aangestuurd door ons autonome zenuwstelsel. Dat deel van ons zenuwstelsel speelt een belangrijke rol bij de regulatie van al onze basislichaamsfuncties,. Het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel zorgt voor actie en energie (‘fight & flight’), terwijl het parasympathische deel verantwoordelijk is voor ontspanning, herstel en aanvullen van de energie (‘rest & digest’). Gedurende de dag wisselen deze toestanden elkaar af en beide toestanden zijn nodig om gezond te blijven.

Rol sympathische zenuwstelsel bij gevaar

Als ons systeem waarneemt dat het niet pluis is, dan reageert het automatisch. Dan wordt het sympathische zenuwstelsel in een fractie van een seconde, wat sneller is dan dat wij kunnen bedenken of iets onveilig is, geactiveerd. Ons lichaam maakt dan onder andere adrenaline vrij. Dat hormoon zorgt ervoor dat onze hartslag en ademhaling versnellen, zodat er meer zuurstof in het bloed komt. Ook zorgt het ervoor dat meer van dat zuurstofrijke bloed naar onze spieren in armen en benen wordt gestuurd. Ons lichaam wordt razendsnel klaargemaakt om snel en effectief te reageren op gevaar door te vechten of te vluchten.

Je kan dit ook voelen: je voelt je hart in je keel kloppen, je gaat hoog in je borst ademen, je armen en handen of juist je voeten en benen tintelen of voelen warmer aan.

Tegelijkertijd worden de niet-essentiële lichaamsfuncties, zoals spijsvertering, immuunsysteem, voortplanting en pijnwaarneming, onderdrukt. Die zijn bij acuut gevaar immers niet van levensbelang.

Rol parasympathische zenuwstelsel

Als ons systeem signalen oppikt dat de dreiging is verminderd en het veilig is, dan wordt ons parasympathische zenuwstelsel actief. Adrenaline wordt weer afgebroken en onze hartslag en ademhaling vertragen, de spijsvertering komt op gang, de lichaamscellen worden gevoed en ons immuunsysteem beschermt ons weer tegen ziekteverwekkers. Kortom, ons lichaam komt tot rust, vult de energievoorraad aan en beschermt ons tegen ziektes.

 

Wanneer stress de overhand neemt

Problemen ontstaan wanneer stress zich langdurig en in overvloed voordoet en ons lichaam onvoldoende rust- en hersteltijd krijgt. Als er sprake is van langdurige stress, dan komt na de adrenaline, dat vooral wordt vrijgemaakt bij acute situaties, cortisol vrij. Dit hormoon heeft verschillende functies, waaronder het helpen handhaven van energieniveaus gedurende een langere periode van stress. Het zorgt ervoor dat glucose beschikbaar is voor de spieren en de hersenen, wat nuttig is als je in een voortdurende staat van alertheid verkeert. Echter, overmatige en langdurige cortisolproductie kan schadelijk zijn, leiden tot problemen zoals vermoeidheid, immuunsysteemonderdrukking en uiteindelijk bijdragen aan uitputting (burn-out). Ons lichaam is simpelweg niet ontworpen om continu in een staat van paraatheid te verkeren.

Het is cruciaal om te beseffen dat het niet de stress op zich is die schadelijk is, maar eerder hoe we ermee omgaan, hoeveel stress we dagelijks ervaren en wat we doen met de benodigde momenten van rust en herstel: negeren of er voldoende tijd voor inruimen?

 

Rust terugbrengen

Het terugbrengen van rust in je lichaam is minstens zo belangrijk als het activeren ervan. We kunnen immers niet altijd in een staat van paraatheid blijven – ons lichaam heeft rustmomenten nodig om de energiebalans te herstellen. Maar hoe doe je dat, rust terugbrengen in een wereld die constant prikkels biedt?

Rust begint bij bewustwording. Veel stressreacties ontstaan onbewust en worden pas opgemerkt wanneer klachten optreden, zoals een gespannen nek, onrustige ademhaling, hartkloppingen of aanhoudende vermoeidheid. Door met aandacht naar deze signalen te luisteren en te onderzoeken waar je stress vandaan komt, maak je de eerste stap naar ontspanning.

Een praktische manier om tussentijds rust in je systeem te brengen, is door eenvoudige ademhalingstechnieken toe te passen. Wanneer je je ademhaling vertraagt, bewust dieper inademt en langzaaaaammmm uitademt, geef je je lichaam het signaal dat het veilig is. Dit activeert het parasympathische zenuwstelsel, waardoor je hartslag vertraagt, je spieren zich ontspannen en je spijsvertering weer op gang wordt gebracht.

Een andere effectieve manier is fysieke ontspanning, zoals wandelen in de natuur, rek- en strekoefeningen doen, zoals bijvoorbeeld bij yoga. En meditatie of mindfulness is de tegenpool van stress: het bouwt stresshormonen af en bouwt rustgevende hormonen op.

Tot slot kan het terugbrengen van rust soms ook liggen in een moment van zelfreflectie: welke verwachtingen stel je aan jezelf en welke daarvan kunnen losgelaten worden?

Deze bewuste momenten van rust – groot of klein – helpen je niet alleen om de energievoorraad in balans te houden, maar zorgen er ook voor dat je veerkrachtiger kunt omgaan met toekomstige stressvolle situaties.

Zo wordt rust niet alleen een tegenpool van stress, maar een essentiële component in het onderhoud van je mentale en fysieke welzijn.

 

Wanneer rust niet vanzelf komt

Soms merk je, ondanks alle pogingen om te ontspannen, dat de rust maar niet wil komen. Je let op je ademhaling, maar in plaats van kalmte voel je juist meer spanning opbouwen. Je mediteert, wandelt en rekt je spieren, maar de onrust blijft aanwezig. Dit kan ontmoedigend zijn, maar het is ook een signaal van je lichaam dat er iets dieper ligt. Vaak wijst deze aanhoudende onrust erop dat er onverwerkte emoties of spanningen zijn die je niet zomaar ‘weg kunt ontspannen’. Je zenuwstelsel kan dan vastzitten in een patroon van voortdurende alertheid of een ‘bevroren’ staat, waarbij de stressreactie zich niet makkelijk laat uitschakelen.

In zo’n situatie kan het helpen om jezelf te benaderen met compassie en nieuwsgierigheid in plaats van streng door te willen zetten (wilskracht en doorzettingsvermogen zijn dan even niet je vrienden). Soms kan het lichaam een langere tijd nodig hebben om veiligheid te voelen en spanning los te laten, vooral als de onrust een uiting is van diepere stresslagen of trauma. Dit betekent dat je jezelf de ruimte kunt geven om het niet direct op te lossen, maar om zachtjes op verkenning te gaan naar wat er leeft in je lichaam.

Wanneer je blijft vastlopen of dit proces niet alleen wilt aangaan, kan ondersteuning via lichaamsgerichte therapie je helpen bij het ontrafelen van deze lagen. Het doel is dan niet om de onrust geforceerd te laten verdwijnen, maar om dieper te onderzoeken wat je lichaam en geest écht nodig hebben om los te laten en veiligheid te ervaren.

 

Kortom

Stress is niet je vijand. Maar gezond omgaan met stress vraagt wel om een inspanning: het dagelijks inbouwen van rustmomenten om weer op te laden. Als dat niet (meer) lukt, dan is er meer nodig. In plaats van rust te proberen te forceren, helpt het vooral om met mildheid en openheid te onderzoeken wat er in je lichaam speelt, waar spanning zich vastzet en welke onderliggende patronen of overtuigingen die spanning blijven oproepen. Door bewustwording, aanpassingen en heling en het tegelijkertijd je zenuwstelsel te laten wennen aan momenten van veiligheid, bouw je een fundament van rust dat dieper verankert en waar je op terug kunt vallen – zelfs in een wereld die nooit echt stil lijkt te staan.

 


Dit artikel is geïnspireerd op informatie uit de volgende bron:

Kuijsten, S. en Hamming, C. (2018). Gek op stress maar niet altijd, Uitgeverij Suzan Kuijsten

Inhoudsopgave
error: De inhoud is beschermd